Wiebelzielen [slot]

Maandagochtend, half elf. Meneer Blauw (77) wacht in de huiskamer van de afdeling Geriatrie op het JBZ. Om de haverklap fluit hij een deuntje. Vaak klinkt ‘Wooden Heart’ van Elvis Presley. Met zijn gefluit lijkt hij lastige stiltes te willen verjagen. Dat gaat met wisselend succes.

Na enkele valpartijen met de fiets is meneer Blauw op het JBZ beland. Fysiek is hij opgeknapt. Maar zijn dementie krijgt hij niet weggefloten. Naast meneer Blauw staan vier uitpuilende tassen en een volle vuilniszak. Zo meteen zal Imke Moezelaar van het Centrum voor Trajecten en Bemoeizorg (CvTB) hem wegbrengen. Tijdelijk gaat hij naar De Bogerd, geriatrisch zorgcentrum op Voorburg. Begin 2016 zal hij naar Eemwijk verhuizen.

JBZ-verpleegkundige Ingrid overhandigt de ontslagbrief aan Imke. Fuutfuutfuut, fluit meneer Blauw. Hij sjokt mee naar buiten. Terugkeer naar zijn woninkje in de Bossche volkswijk is uitgesloten. Eind 2011 sijpelden bij BrabantWonen en het Sociaal Wijkteam de eerste meldingen binnen. Omwonenden maakten zich zorgen om meneer Blauw. Verschillende instanties probeerden contact met hem te leggen. Maar de sticker ‘Nee/Nee’ op zijn brievenbus gold vooral voor hulpverleners en familie. In zeldzame vlagen van gastvrijheid opende hij wel de deur voor het CvTB. Zo kwam er toch nog wat zuurstof binnen.

Afgelopen zomer bleek de woning ernstig vervuild. Overal poep en pies. Huisraad: wat meubels, een tv en een sigarenkistje met geld. Plus een magnetron. Meneer Blauw at diepvriesvoedsel van de Nettorama. Behalve rode bietjes. Die vindt hij erg vies.

Terwijl Imke haar auto uit de JBZ-parkeergarage haalt, wacht meneer Blauw bij de fontein op het plein. Af en toe spat er een druppel in zijn gezicht. „Net de Bedriegertjes”, herinnert hij zich opeens zijn oude schoolreisjesbestemming bij Arnhem. Bedrog en natte wangen: dat zou hij nog een keer beleven. Zijn vrouw pleegde overspel. „Met een Marokkaan”, mompelt hij. Tien jaar geleden is zij vertrokken.

Zijn drie kinderen ziet hij nooit. Dat ligt niet aan zijn blinde linkeroog. Het is ingewikkelder. Zijn sociale netwerk is in al die jaren uitgedund tot één 06-nummer. Van Thea, een vrouw die af en toe zijn kleren wast. Ze heeft het CvTB laten weten dat ze daar eigenlijk mee wil stoppen. Niet schoon te krijgen, z'n plunje.

On the road. Op naar Vught, weg uit de stad waar meneer Blauw bij typemachinefabriek Remington en de drankhallen van Heineken en Cooijmans werkte. De rit verloopt soepel. In De Bogerd is er een klein ongelukje. Dat zit zo: het maagdarmkanaal van meneer Blauw is circa acht meter lang. Maar de betegelde gang is tienmaal langer. „Te laat”, mompelt hij halverwege. De gang ruikt naar schaamte. Niet erg. Maandag wasdag.

Woongroep 7 blijkt sober en functioneel. Aan het prikbord hangt het overlijdensbericht van bewoonster Nelly (85) en een uitnodiging voor een huifwagenritje. Verpleegkundige Martina heet meneer Blauw welkom. Ze gidst hem naar de huiskamer. „Goeiemorgen!” roept ze opgewekt. Zes bewoners zwijgen, eentje slaapt er verder. In de hoek staat een piano. „Speelt u piano?”, vraagt Martina. „In gedachten”, zegt meneer Blauw.

Hij krijgt koffie. Martina neemt papieren door. Met de hulp van Imke beantwoordt hij vragen. Over zelfredzaamheid, fysieke conditie, kapper en eetvoorkeuren. Noteer: graag snert en boerenkool. Maar geen rode bietjes.

Het is lunchtijd. Meneer Blauw kan meteen aanschuiven. Imke neemt liefdevol afscheid. Hij fluit. In het rek links van hem lokt een stapel tijdschriften. Bovenop ligt de Happinez van januari 2012. Een themanummer: ‘Een nieuw begin.’

Meneer Blauw kan er net niet bij.

________________

Publicatiedatum: 30 september 2015. Dit is het slot van een drieluik over het werk van het Centrum voor Trajecten en Bemoeizorg. De delen 1 en 2 van 'Wiebelzielen' zijn op deze site onder 'Kroniek | Column' te lezen. Omwille van privacy zijn de namen meneer Blauw en Thea gefingeerd.